Door verschillende oorzaken kan bij een man de zaadlozing verstoord zijn. Er is dan sprake van een zaadlozingstoornis ofwel ejaculatie stoornis.

Vroegtijdige zaadlozing

Als de man geen goede controle heeft over het tijdstip van ejaculatie en de orgasmereflex eerder wordt geactiveerd dan de bedoeling is (binnen twee minuten na penetratie), spreekt men van een vroegtijdige zaadlozing. Dit wordt ook wel ‘ejaculatio praecox’ genoemd.

Omdat veel mannen zich schamen voor deze klacht, zijn exacte aantallen niet bekend. Zowel de man als de vrouw kan lijden onder het feit dat het tijdstip van de zaadlozing ongecontroleerd is en soms al plaatsvindt, voordat penetratie heeft plaatsgevonden. Er kan sprake zijn van een psychologische - of neurologische oorzaak. De aandoening kan ook voorkomen in combinatie met erectiestoornissen.

Retrograde zaadlozing

De zaadlozing kan uitblijven doordat het zaad (sperma) de verkeerde kant opgaat. Het zaad gaat dan naar de blaas (retrograad) in plaats van naar buiten. De man ervaart wel een orgasme, maar er komt geen of zeer weinig sperma uit de penis.
Bij de retrograde zaadlozing sluit de blaashals zich niet (of onvoldoende) en kan het zaad ontsnappen naar de blaas. Meestal wordt dit veroorzaakt door een zwakke blaashals als gevolg van medicijngebruik of een blaas- of prostaatoperatie. Ook neurologische ziektes en suikerziekte kunnen leiden tot retrograde zaadlozing. Om de diagnose retrograde zaadlozing te kunnen stellen is het nodig om de urine na een zaadlozing te onderzoeken.

Afwezigheid zaadlozingsreflex

Het is mogelijk dat er geen zaadlozing plaatsvindt (anejaculatie). Bijvoorbeeld bij mannen met multiple sclerose of suikerziekte. Het zaadlozingsreflex kan ook afwezig zijn als gevolg van een neurologische ziekte, zoals een dwarslaesie. Zelden zijn psychische factoren de oorzaak van het uitblijven van de zaadlozingsreflex.

Ten aanzien van de vroegtijdige zaadlozing is het gesprek tussen arts en patiënt het belangrijkste onderzoek. Het is mogelijk om de partner bij dit gesprek te betrekken. Er zullen vragen gesteld worden over de seksuele ontwikkeling en het verloop van de seksuele reactie.

Bij een vermoeden op een retrograde ejaculatie kan de urine worden onderzocht op zaadcellen om de diagnose te bevestigen.

De frequentie van geslachtsgemeenschap kan invloed hebben op een vroegtijdige zaadlozing. Aangenomen wordt dat onregelmatige geslachtsgemeenschap en onervarenheid ‘ejaculatio praecox’ kunnen bevorderen. Een therapie is niet absoluut noodzakelijk, tenzij een van de betrokkenen hieronder lijdt. 
Uiteraard is er een probleem als de klachten dusdanig zijn dat een totstandkoming van een gewenste zwangerschap wordt belemmerd. Soms kunnen er medicijnen worden gestart of er wordt gekozen voor een psychotherapeutische benadering via een seksuoloog.

Retrograde zaadlozing wordt meestal niet behandeld.  Echter, indien er een kinderwens is, kan de zuurgraad van de urine worden verhoogd door medicatie of een blaasspoeling. Hierdoor  kunnen de zaadcellen langer overleven. De zaadcellen moeten uit de urine worden gefilterd en dan met behulp van een voortplantingstechniek een eitje bevruchten.

Als u een kinderwens heeft kan het zaadlozingsreflex met behulp van vibratietechnieken of met stroomstootjes (electro-ejaculatie) worden opgewekt. Vibratie is een eenvoudige techniek die ook goed thuis kan worden toegepast. Electro-ejaculatie vindt plaats onder narcose, en vindt daardoor plaats in het ziekenhuis. Met korte stroomstootjes wordt het prostaatgebied behandeld, waarop het zaadlozingsreflex reageert. De kwaliteit van de zaadcellen die met electro-ejaculatie worden verkregen is nogal wisselend, dit is afhankelijk van de zaadbalfunctie en de functie van de spermaklieren. Met name regelmatig ontstekingen van de urine en de geslachtsklieren hebben een ongunstige invloed op de spermakwaliteit.