Soms wordt een tumor gevonden, maar is geen sprake van kanker. In dat geval is een niet-kwaadaardige tumor gevonden. Wanneer het wel om een kwaadaardige tumor gaat, bepaalt de uroloog of oncoloog aan de hand van de diagnostische onderzoeken in welk stadium de kanker zich bevindt. Dit is belangrijk voor het behandelplan. Afhankelijk van het stadium, de individuele medische geschiedenis en de prognose wordt namelijk een behandelplan voorgesteld. Hiervoor wordt het zogenoemde ‘TNM-stadiëringssysteem’ gebruikt.
Met de TNM-classificatie wordt bepaald:
Op basis van de TNM-classificatie worden vier stadia onderscheiden:
Op basis van bovengenoemde stadia, kan de patiënt de volgende drie diagnoses krijgen:
Fig. 1: Stadium 1: De tumor is beperkt tot de nier en is 7 centimeter of kleiner. Er zijn geen uitzaaiingen.
Fig. 2: Stadium 2: De tumor is nog steeds beperkt tot de nier, maar is groter dan 7 centimeter. Er zijn geen uitzaaiingen.
Fig. 3: Stadium 3: De tumor groeit in de naastgelegen grote bloedvaten, maar niet in de bijnier of voorbij het bindweefsel rondom de nier. Er is wel of geen uitzaaiing in de lymfeklieren.
Fig. 4: Stadium 4: De tumor groeit voorbij het bindweefsel rondom de nier en de bijnier. Er zijn meerdere uitzaaiingen in de nabijgelegen lymfeklieren en/of er zijn uitzaaiingen op afstand.